Duurzaam verdienmodel
Het signalenrapport benadrukt het cruciale belang van een duurzaam verdienmodel voor boeren en tuinders. Het NKP onderzocht samen met experts in de landbouwsector het verdienmodel van bedrijven in de akkerbouw en melkveehouderij. De resultaten laten zien dat de bestaanszekerheid van veel kleine en middelgrote bedrijven onder druk staat. Er zijn pioniers die aantonen dat investeren in verduurzaming op termijn resulteert in een duurzaam verdienmodel met betere economische resultaten. Maar binnen de huidige marktomstandigheden zijn de financiële gevolgen van de overstap voor veel boeren nog te onzeker.
Brede overeenstemming
Uit het recente onderzoek ‘Wat we gemeen hebben’, van hoogleraar Imke de Boer, blijkt dat er veel meer overeenstemming bestaat over de toekomst van de landbouw dan vaak wordt gesuggereerd. In die toekomst gaat verduurzaming van de sector hand in hand met een goed voedselsysteem dat de gezondheid van iedereen bevordert.
Kees Vendrik: “Het is duidelijk dat de overstap naar een duurzaam verdienmodel niet eenvoudig is. Agrarische ondernemers hebben hierbij ondersteuning nodig. Gezien de brede overeenstemming over het einddoel is het nu het moment dit met alle relevante spelers binnen en buiten de agrarische sector op te pakken.”
Aanbevelingen
Hiervoor doet het NKP drie aanbevelingen.
Ten eerste, het kabinet zou moeten werken aan een toekomstbestendig markt- en prijsbeleid dat richting geeft aan de ontwikkeling van de sector en boeren meer bestaanszekerheid biedt bij de realisatie van een duurzaam verdienmodel. Dit kan gaan over het vergoeden van eco-systeemdiensten als bedrijven kiezen voor extensivering van hun bedrijfsvoering. Ook een eerlijke prijs voor duurzaam geproduceerde producten is van groot belang. Goede toegang tot financiering om de omslag te maken, is een andere voorwaarde voor een gezonde toekomst van de sector.
Ten tweede adviseert het NKP om via het Investeringsfonds Duurzame Landbouw icoonprojecten op te zetten. Die kunnen als voorbeeld dienen voor andere boeren en tuinders die de transitie naar verduurzaming willen maken. Dit omvat zowel lokale projecten als bredere initiatieven voor het delen van kennis en ervaring.
Ten derde is het essentieel boeren te ondersteunen die geen duurzaam toekomstperspectief hebben. Dit vraagt om maatwerk van de overheid, rekening houdend met de plaatselijke omstandigheden, de eigen ambities van de boer en eventuele gevolgen voor de regionale economie en arbeidsmarkt. Er is meer nodig dan een brede uitkoopregeling om te zorgen dat bedrijfsbeëindiging voor de boer en voor de regio maatschappelijke, economische en ecologische baten oplevert.